KRUISKAARS. DEZE NIEUWE ZELFDOVENDE DINERKAARS HEEFT EEN BIJZONDERE KAARSENSTANDAARD.

HET KRUISKAARS VERHAAL

De min of meer werkelijke oorsprong van Kruiskaars ligt in het jaar 1444 in de stad Amersfoort, in dat jaar werd Amersfoort een heus bedevaartsoord.

In dat jaar was ene Geertje Arends onderweg van Nijkerk naar Amersfoort om toe te treden tot de gemeenschap van het Sint-Agnietenklooster. Ze droeg een aarden Mariabeeldje bij zich, maar omdat ze het beeldje bij nader inzien niet waardig genoeg vond als geschenk aan het klooster, wierp ze het beeldje vlak voor het binnengaan in de buitengracht (nu Scheltussingel).
 

Het werd Kerstmis. Een dienstmeid luisterend naar de naam Margriet Albert Gijsen kreeg driemaal een visioen waarin haar werd verteld naar de nu niet meer bestaande Kamperbuitenpoort te gaan, hier zou zij 'een geschenk vinden'. Inderdaad vond de meid daar het inmiddels vastgevroren beeldje in de gracht. Thuis gaf ze het Mariabeeldje een mooie plaats in huis. Vanwege dit 'wonder' bracht haar biechtvader het beeldje naar de Onze-Lieve-Vrouwekapel om het daar veilig tentoon te kunnen stellen.
 

Al snel na de vondst van het beeldje kwamen pelgrims bij duizenden naar Amersfoort, de stad werd bekend tot ver buiten de Nederlanden.

Tijdens de pelgrimage wilde men - net als de dienstmeid - een kaars branden, maar zoveel kaarsenhouders waren in die tijd niet voorhanden. Daarom werden houders ook wel gemaakt uit resten kaarsvet, zo bleven de voordelige slanke kaarsen toch rechtop staan tijdens het branden.

De moderne variant van deze Middeleeuwse kaars heet 'Kruiskaars'. In onze moderne tijd - met aandacht voor milieu en veiligheid - past alleen een kaars van Kruiskaars in.... 

Binnenkort horen jullie meer.